Geef je mening over protocol arbeidsvoorwaarden
Op 1 oktober 2020 lieten we weten dat we op hoofdlijnen overeenstemming hebben bereikt met KLM over de arbeidsvoorwaardelijke bijdrage van jou en je collega’s. De afgelopen weken zijn we druk bezig geweest om deze hoofdlijnen uit te werken in een concrete protocoltekst. Daarnaast is er ook een enorme discussie geweest met Minister Hoekstra . Dat heeft geresulteerd in bijlage 2 en bijlage 3 van het protocol.
We zijn nu zover om de exacte tekst aan je voor te leggen. Je kunt het protocol hier downloaden en inzien . We vragen aan jou om je stem uit te brengen over deze tekst. De stemming sluit op 21 december 2020 om 13.00 uur. Wij vinden het belangrijk dat jij je stem uitbrengt. Waarom? Dat kun je hier lezen. We zeggen het ten overvloede nog maar een keer: het is geen leuke boodschap die we hier geven, maar helaas wel een noodzakelijke.
Rekentool
De afgelopen weken heeft De Unie de afspraken uitgewerkt in een rekentool. Deze geeft je een indicatie van de bijdrage die je moet leveren en hoe die is opgebouwd. Je kunt deze rekentool hier inzien en downloaden. Sla hem op, lees de toelichting aandachtig door en vul de Excel-spreadsheet in aan de hand van je loonstroken en gegevens uit MyHR. Klik vervolgens helemaal onderaan op de knop “bereken bijdrage”, dan zie je welke bijdrage je moet leveren in 2020, 2021 en 2022. Wil je in detail weten hoe je die bijdragen gaat leveren over de jaren? Klik dan op een van de bedragen. In de Excel-spreadsheet vind je een verdere toelichting.
Let op: de rekentool geeft je een indicatie. Je kunt er geen rechten aan ontlenen. Het is bovendien aan KLM om aan jou helder te maken wat je bijdrage zal zijn.
Digitale vergaderingen
We willen de protocoltekst, maar vooral ook de rekentool, aan je uitleggen in een tweetal digitale vergaderingen. De eerste houden we op donderdag 10 december 2020 van 9 tot 11 uur. Door middel van deze link kun je aan deze bijeenkomst deelnemen.
De tweede bijeenkomst houden we op dinsdag 15 december 2020 van 10 tot 12 uur. De link voor deze bijeenkomst vind je hier .
We hopen op je aanwezigheid. Hieronder nog even de praktische zaken:
- Uitleg nodig om in te loggen? Klik hier.
- Tips voor tijdens het overleg: welke knoppen gebruik je in Microsoft Teams? Klik hier.
Arbeidsvoorwaardelijke bijdrage
Deze tekst is nagenoeg gelijk aan de tekst in onze nieuwsbrief van 2 oktober 2020. Deze nieuwsbrief vind je hier . Toch zijn er een paar wijzigingen in de tussentijd afgesproken. Deze wijzigingen staan in de tekst dik gedrukt en cursief gemarkeerd.
Hoe bepalen we welke bijdrage je moet leveren?
Om te bepalen welke bijdrage je dit jaar moet leveren, bepalen we jouw inkomen over 2019. We noemen dit het toetsingsinkomen. In dat inkomen zitten alle vaste en variabele bruto-loonbestanddelen die in 2019 op je loonstrook zijn gekomen. De pensioenpremie die je al hebt betaald en de winstdelingsregeling 2018 trekken we van dit inkomen af. Daarnaast trekken we ook de betaalde PAWW-premie en andere pensioengerelateerde premies ervan af. Voor de jaren 2020, 2021 en 2022 doen we hetzelfde.
Wat zit er dan in het toetsingsinkomen (en wat niet)?
In deze bijlage vind je een uitputtende lijst met loonbestanddelen, maar hieronder de grootste delen van je loon die meetellen – voor zover natuurlijk op jou van toepassing:
- basismaandsalaris
- onregelmatigheidstoeslag (ORT)
- eindejaarsuitkering (EJU)
- variabel inkomen (VI)
- duurzame inzetbaarheidsbudget (DI-budget)
- alle toeslagen, zoals autorisatievergoeding
- persoonlijke toeslag
- leaseauto of vergoeding voor het afzien van een leaseauto
In de bijlage staat achter elk loonbestanddeel ook of het element verhogend (pijl omhoog) of verlagend (pijl omlaag) doorwerkt in het toetsings– en/of afdrachtsinkomen.
We trekken de arbeidsvoorwaardelijke bijdrage af van je toetsingsinkomen. Uitzondering hierop is de loonsverhoging, deze krijg je niet en kan dus ook niet van je toetsingsinkomen worden afgetrokken. De WDR2019 (en 2018) wordt al niet meegenomen in het toetsingsinkomen, dus deze bijdrage kan ook niet worden afgetrokken. De inzet van de pauzemaand reiskostenvergoeding zit ook niet in je toetsingsinkomen en wordt niet afgetrokken. De overige ingezette elementen worden wel van je toetsingsinkomen afgetrokken.
Werk je deeltijd/parttime?
Dan wordt jouw inkomen omgerekend naar het inkomen van een voltijder (100%). Een versimpeld voorbeeld: werk je 80 procent en is je werkelijke inkomen in 2019 € 42.000 (zo’n 3.000 euro per maand), dan is je toetsingsinkomen 42.000/80%*100% = € 52.500.
ORT wordt uitgezonderd van deze omrekening. Voor het toetsingsinkomen telt het werkelijk ontvangen bedrag mee. Ook andere toeslagen die niet afhankelijk zijn van een deeltijdpercentage, worden niet omgerekend. Zo is een autorisatievergoeding afhankelijk van het aantal vliegtuigtypen waar je aan mag sleutelen. Die vergoeding is voor een KLM’er die 80 procent werkt net zo hoog als voor een collega die 100 procent werkt. Een omrekening is dus niet nodig. In de hierboven genoemde bijlage kun je zien welke elementen meetellen voor je toetsingsinkomen en welke niet. Achter elke loonelement staat of deze moet worden omgerekend naar 100 procent of niet. In dezelfde bijlage kun je dan ook meteen zien welke loonelementen meetellen in het afdrachtsinkomen (zie uitleg verderop) en of deze wel of niet omgerekend worden vanuit jouw deeltijdpercentage naar 100 procent.
Bijdragepercentage op basis van bijdrage-staffel
Op basis van je toetsingsinkomen wordt gekeken waar je zit in de bijdrage-staffel. Deze staffel loopt van 0 procent op een modaal inkomen (€ 36.500 in 2019, 2020 en 2021) naar 20 procent voor een inkomen dat driemaal modaal is (€ 109.500 in 2019, 2020 en 2021). De uitkomst van de rekensom wordt afgerond op honderdsten van procenten. In het eerder genoemde voorbeeld is het toetsingsinkomen € 52.500. Het bijdragepercentage dat KLM’ers met dit inkomen moeten leveren, is dan ((52.500/36.500)-1)*10 = 4,38 procent.
Hoe bepalen we wat je uiteindelijk moet bijdragen?
Om helder te maken wat je uiteindelijk moet bijdragen, gaan we even door in het voorbeeld van de collega die 80 procent werkt, daar in 2019 € 42.000 euro mee verdient en dus 4,38 procent moet bijdragen. Die bijdrage wordt geleverd over het afdrachtsinkomen. Dat afdrachtsinkomen wordt bepaald door wat je feitelijk hebt verdiend over 2019. Dus niet omgerekend naar 100%. Je betaalde pensioenpremie, de winstdeling 2018 en nog een paar zaken rond pensioen (zoals de compensatie pensioen boven de 110.111 euro) gaan nog van je inkomen af. In ons versimpelde voorbeeld komt het afdrachtsinkomen dan uit op 40.000 euro. De bijdrage van deze collega is dan 4,38 procent maal € 40.000 = € 1.752 over 2020. Nu is 2020 een apart jaar, want de bijdrage vindt alleen plaats over de maanden oktober, november en december. Dat is 3/12 van 2020. De bijdrage is dan in dit voorbeeld 3/12*1.752 = € 438.
Ter vergelijking: de collega die 100 procent werkt, moet een bijdrage leveren van 4,38 procent over € 50.000. Dat is € 2.190 over het hele jaar en € 547,50 over de laatste drie maanden van 2020.
Waarmee ga je bijdrage betalen?
Om jouw bijdrage te leveren, hebben we een vaste volgorde afgesproken van elementen waarmee je gaat bijdragen. Allereerst ga je bijdragen met de loonsverhogingen van augustus 2020; deze gaan bij niemand door. Iedereen levert hierdoor al een bijdrage van 2,5 procent. In ons voorbeeld van de collega die 438 euro moet leveren, is de loonsverhoging over augustus 2020 tot en met december 2020 al voldoende. Dit is namelijk (wederom versimpeld): 5/12*2,5%*42.000 = € 438.
Als de loonsverhoging niet genoeg is, dan wordt er in deze volgorde geld gehaald uit:
- Besparing pauzemaand reiskostenvergoeding eenmalig in 2020, voor zover je daar ook mee te maken hebt gehad. Dit bedrag kan eenmalig worden ingezet. Dus ben jij tijdens de pauzemaand in juli € 50 misgelopen? Dan wordt deze ingezet en is het weg; het kan volgend jaar niet worden gebruikt. Wordt het niet gebruikt voor je bijdrage, dan wordt het bedrag alsnog uitgekeerd in de toekomst. We hebben afgesproken dat de waarde van de pauzemaand 0,16 procent bedraagt van jouw afdrachtsinkomen van 2019. In ons versimpelde voorbeeld is dat dus 0,16% * 40.000 = € 64. Voor MSG 5 en 6 geldt deze pauzemaand niet, vanwege het arbeidsvoorwaardelijke recht op een leaseauto of vergoeding daarvoor.
- Opleidingsbudget dat nog gereserveerd staat uit het DI-budget tot en met 2019. Ook dit bedrag wordt eenmalig ingezet. Naar aanleiding van reacties op dit onderdeel is uiteindelijk besloten de keuze bij de individuele medewerker neer te leggen. Je mag dus kiezen of je dit budget wilt inzetten voor waar het oorspronkelijk voor bedoeld was (namelijk een opleiding, training, cursus of iets dergelijks) of voor de arbeidsvoorwaardelijke bijdrage. Kies je voor het laatste en moet het geld voor jouw bijdrage gebruikt worden, dat is het ingezet en weg. Is het niet nodig voor je bijdrage? Dan kun je het gewoon uitgeven aan een opleiding. Is het al op? Dan wordt er gekeken naar de volgende stap.
- Winstdelingsregeling 2019. Deze is 7,726 procent en vertegenwoordigt in ons versimpelde voorbeeld een waarde van 7,726 procent van € 42.000: € 3.245. Ook dit bedrag wordt eenmalig ingezet. Blijft er geld over, dan wordt dit in de toekomst alsnog uitgekeerd.
- DI-budget 2020 en verder. Voor 2020 is deze 3 procent, voor 2021 2 procent. Aangezien dit DI-budget altijd beschikbaar komt voor uitbetaling in het jaar nadat het is opgebouwd, nemen we het DI-budget opgebouwd in 2020 mee naar 2021 en wordt het daar toegevoegd aan je toetsings- en afdrachtsinkomen.
- EJU of VI. De eindejaarsuitkering bedraagt 8,3334 procent voor KLM’ers in OSG (A&T) en MSG 1-3. Voor het variabel inkomen voor MSG 4-6 gaan we uit van 7,55 procent exclusief KLM-deel.
- Vakantie-uitkering van 8 procent.
Uitzonderingen
Je voelt hem waarschijnlijk al aankomen: er zijn uitzonderingen, zoals altijd als we algemene afspraken maken voor KLM’ers in het gronddomein. Wat ons betreft zijn het positieve uitzonderingen voor de betreffende KLM’ers.
Verdien je minder dan modaal (€ 36.500)?
Speciale aandacht is er voor zo’n 200 KLM’ers die minder dan modaal verdienen op grond van hun toetsingsinkomen. Zij krijgen de loonsverhoging van augustus 2021 wél uitgekeerd. Althans, je krijgt het deel dat nodig is om je inkomen aan te vullen tot € 36.500. Verdien je bijvoorbeeld € 36.000, dan zou je eigenlijk € 900 krijgen. Maar je krijgt een loonsverhoging van € 500 omdat je daarmee op een modaal inkomen uitkomt. Verdien je € 35.000, dan krijg je de volle 2,5 procent uitgekeerd. Daarmee kom je namelijk uit op € 35.875, en dat is minder dan modaal. De verhoging wordt toegekend in de vorm van een persoonlijke toeslag.
Verdien je anderhalf keer modaal of minder (tot 54.750 euro in 2019)?
We hebben geconstateerd dat KLM’ers die op grond van hun toetsingsinkomen anderhalf maal modaal (54.750 euro) of minder verdienen, genoeg bijdragen als ze de 2,5 procent loonsverhogingen van oktober 2020 en 2021 niet ontvangen. Om je verder te ontzien in je bijdrage, hebben we afgesproken dat je de winstdeling 2019 (WDR2019) voor de eerste helft zo snel als mogelijk uitgekeerd krijgt en voor de tweede helft in oktober 2021. Je krijgt dus zo snel mogelijk 3,863 procent eenmalig uitgekeerd (waarschijnlijk in december 2020), en in oktober 2021 de andere 3,863 procent. Daarmee wordt, voor deze groep, het inkomenseffect gecompenseerd van de loonsverhogingen die niet doorgaan.
Zit je in MSG 1-3?
Zit je in de MSG-schaal 1, 2 of 3, dan hebben we ook voor jou een uitzondering afgesproken. Dit jaar zit je namelijk in de overgang van variabel inkomen naar eindejaarsuitkering, en krijg je zowel het variabel inkomen 2019 als de eindejaarsuitkering 2020 overgemaakt. Daarmee ontvang je eenmalig een hoger inkomen in 2020. We hebben daarom afgesproken dat het variabel inkomen niet meetelt voor het toetsingsinkomen én afdrachtsinkomen. Daarmee wordt de uiteindelijke bijdrage dus iets beperkt.
Zit je in MSG 4-6?
Dan hebben we ook voor jou enige reparatie uitgevoerd, namelijk op het variabele inkomen. Volgens de spelregels van variabel inkomen stellen we het persoonlijk en afdelingsdeel samen vast op 7,55 procent. Omgerekend naar de grondslag voor de eindejaarsuitkering is dit 8,15 procent. We denken dat er geen KLM-deel zal zijn, maar mocht dit er toch zijn, dan zal dat er nog bij komen. Op deze manier word je niet dubbel geraakt door nul variabel inkomen in 2020, maar wel bijdragen over je variabele inkomen van 2019.
Waar je zelf eventueel invloed op hebt, is dat wanneer je een leaseauto rijdt, je deze niet meer privé gebruikt. Daarmee wordt er geen bijtelling meer gerekend over de waarde van de auto en dalen dus je toetsings- én afdrachtsinkomen.
Conclusie arbeidsvoorwaardelijke bijdrage
Zoals gezegd: het is geen vrolijke boodschap. Er zijn collega’s die in 2021 flink minder te besteden hebben dan nu. We hebben met KLM doorgerekend dat jij en je collega’s in het gronddomein niet geraakt zullen worden in jullie basissalaris. Dat vinden we een geruststellende gedachte. Je basisinkomen blijft daarmee op niveau, waarmee het huishoudboekje op maandbasis in balans blijft.
Voor de groep collega’s die tot modaal verdienen, laten we hun inkomen stijgen tot maximaal modaal inkomen. Voor de groep collega’s die tot anderhalf modaal verdienen, keren we de winstdelingsregeling 2019 wel uit om hen te ondersteunen in hun koopkracht. De collega’s in MSG 1-6 willen we niet dubbel laten betalen; dat repareren we dan ook.
Tot slot
Het zijn voor jou en je collega’s op dit moment onzekere tijden. Met onze rekentool en uitleg proberen we je inzicht te geven in wat de afspraken op het gebied van de arbeidsvoorwaardelijke bijdrage voor jouw inkomen betekenen de komende jaren.
Je kunt hier nogmaals de hele tekst lezen van het protocol arbeidsvoorwaardelijke bijdrage. We denken met dit protocol voor alle collega’s een eerlijk, uitlegbaar en acceptabel resultaat te hebben bereikt. We hopen dan ook op jouw instemming te mogen rekenen. De leden hebben een uitnodiging ontvangen om te stemmen. We roepen ze op om ook écht je stem uit te brengen.
Vind je iets onduidelijk of heb je vragen? Neem dan deel aan onze digitale informatiesessies op donderdag 10 december 2020 (9.00 – 11.00 uur of dinsdag 15 december 2020 van (10.00 – 12.00 uur) . Heb je in de tussentijd vragen? Neem dan contact met me op via gertjan.tommel@unie.nl of 06-5252 2034.